Persbericht: Rode klaverras Astur maakt productie en persistentie waar

 

 

Het tetraploïde rode klaverras Astur, dat het beste scoort op productie en persistentie in de Zwitserse rassenlijst (Suter et al., 2004), maakt deze kenmerken ook waar in Nederland. De Nederlandse rassenvergelijking is uitgevoerd door het Louis Bolk Instituut. Zaaizaad van het ras Astur is dit jaar voor het eerst beschikbaar op de Nederlandse markt via de firma Barenbrug en de normale verkoopkanalen.

 

Hoge productie bij lage bemesting
Teelt met rode klaver geeft hoge producties bij lage bemesting. Een mengteelt van gras met rode-en witte klaver kan onder maaibeheer met lage stikstofgiften vergelijkbare opbrengsten halen als gras bemest met 300 kg N per ha. Probleem van de beschikbare rode klaverrassen is dat ze doorgaans weinig persistent zijn, en na 2 tot 4 jaar verdwijnen. Rassenvergelijking heeft nu aangetoond dat het ras Astur wel goed scoort op persistentie.

 

Experiment
In een experiment zijn zeven potentieel beschikbare rode klaverrassen (zowel diploïd als tertraploïd) vergeleken op droge stofproductie en persistentie. Naast een aantal in Nederland veelgebruikte zogenaamde “Akkerklee” variëteiten (Merviot, Lemmon, Barfiola, Rotra en Tedi), zijn twee “Mattenklee” variëteiten (Astur en Pica) getest. De “Mattenklee” variëteiten hebben de naam een betere persistentie te hebben dan de “Akkerklee” variëteiten.
Rassen zijn vergeleken bij een lage N-gift (25 m3 runderdrijfmest) op een oude zeeklei in een mengsel met 30 kg BG3, 3 kg witte klaver (ras Alice) en 3,7-5,5 kg rode klaver afhankelijk van het 1000 korrel gewicht. De proef is in 2002 ingezaaid. In 2003 en 2004 is de productie en klaveraandeel van alle zeven rassen vergeleken. In 2005 en 2006 is alleen de opbrengst en klaveraandeel bepaald van de drie best producerende rassen in 2004 en zijn deze vergeleken met een veelgebruikt tetraploïde ras.

 

Resultaten
In tabel 1 en 2 zijn indexcijfers weergegeven van de totale jaaropbrengsten en het gemiddelde rode klaveraandeel in de droge stof. Wat betreft droge stofopbrengst zijn Lemmon en Astur in de eerste drie jaar vergelijkbaar. Beide rassen produceren in deze periode wel 0,9-1,0 ton droge stof per jaar meer dan het controle ras. Lemmon haalt deze productie met een lager rode klaveraandeel dan Astur. In vergelijking tot Merviot, wat tot nu door de praktijk als een zeer persistente ras wordt ervaren, houdt Astur het rode klaveraandeel in deze vier proefjaren het beste vast. Hierbij moet worden vermeld dat rassen bij een maaifrequentie van vier snedes per jaar zijn getest. Bij frequenter maaien komt de persistentie van rode klaver sterker onder druk te staan.

 

Tabel 1: Indexcijfers van totale jaaropbrengsten

Ras

Controle

Lemmon Astur

Merviot

Gemiddelde
Ton ds ha
2003

98

101 103 98 15,8
2004

96

101 103 99 18,1
2005

95

104 102 98 14,8
2006

77

106 127 90  1)

1) Geen volledige jaarproductie bepaald

Tabel 2: Indexcijfers het gemiddelde rode klaveraandeel in de droge stof

Ras

Controle

Lemmon Astur

Merviot

Gemiddelde
Rode klaver%
2003

98

69 116 117 30%
2004

102

84 113 102 72% 
2005

90

96 122 92 43% 
2006

86

69 150 95  1)

1) Geen volledige jaarproductie bepaald