Teelt en vermarkting van graszoden

Graszoden, iedereen kent ze wel. Wij gingen op zoek naar het verhaal dat zich afspeelt na de oogst ervan en voor de plaatsing. Zo kwamen we terecht bij Dirk Maris die reeds een uitgebreide ervaring heeft in de teelt, vermarkting en distributie van graszoden. Ook op het vlak van innovaties heeft hij al zijn strepen verdiend. Tussen de voorjaarsdrukte en het vele telefoonwerk door konden we zijn verhaal noteren.

 

Dit verhaal begint nadat Dirk Maris afstudeert aan de landbouwschool van Geel. Na zijn studies verzeilde Dirk even in de fruitsector, het loonwerk en de kippenmestdistributie. In 1993 begon hij, met zijn graduaatsopleiding op zak, zeer veel interesse en wat achtergrondkennis, aan de teelt van graszoden.

 

De eerste teelt herinnert Dirk zich nog zeer goed: 80 % van het perceel werd terug ondergeploegd. Maar met vallen en opstaan en veel doorzettingsvermogen werd de graszodenteelt onder de knie gekregen. Het zaakje liep goed en steeds werd er een grotere oppervlakte beteeld. Het areaal voldeed niet meer aan de groeiende vraag, dus moest er naar uitbreiding gezocht worden.

 

Eind jaren negentig kruisten de wegen van Dirk Maris deze van een Nederlands graszodenteeltbedrijf. Dit bedrijf, gelegen te Venlo, was wegens uitbreiding op zoek naar bijkomende afzet en vond met Dirk Maris en zijn ‘Graszodenservice’ de ideale partner.

 

Zodenteelt
Voor de graszodenteelt worden er percelen gehuurd die men minimaal vijf jaar lang kan bewerken. Voor een goede rendabiliteit en werkbaarheid wordt een minimale perceelsoppervlakte van 3 à 4 ha nagestreefd. De teeltpercelen mogen geen hoge onkruiddruk - en dan met name straatgras - hebben. Er moet steeds de mogelijkheid tot beregening zijn. Hiervoor zijn er maar liefst 18 zware mobiele dieselpompen in gebruik. Voor de beregening worden geen specifieke streefwaarden aangehouden, maar wordt er vertrouwd op ‘het oog van de vakman’. In Nederland is er dan ook een ‘fieldmanager’ die de percelen dagelijks opvolgt.

 

Perceelsvoorbereiding
De ideale voorteelt alvorens graszoden te telen, zijn aardappelen. Een bemesting wordt uitgevoerd met varkensdrijfmest. De grond wordt gefreesd opdat hij niet te sterk zou brokkelen tijdens het ploegen en nog aanwezige graswortels worden zo ook vermalen. In verband met een goede waterhuishouding gaat men diepgronden (drie tanden) tot een diepte van 60 cm als de perceelsomstandigheden erom vragen. Ruime aandacht wordt er besteed aan het nivelleren van het perceel (lasersturing). Het zaaien van het gras gebeurt breedwerpig door een loonwerker, die een machine speciaal voor deze toepassing bouwde.

 

In het Nederlandse Venlo worden de graszoden geteeld op een zanderige bodem enkel aangerijkt met de voornoemde varkensdrijfmestbemesting. Een schralere bodem dus, en hoe schraler hoe liever, is de filosofie van Dirk Maris. Op deze wijze moet het gras echt aan wortelontwikkeling doen om naar zijn voedingsstoffen op zoek te gaan. De grasmat wordt tijdens de opkweek niet te veel verwend zodat ze bij de plaatsing van de zode op een goed voorbereid terrein (bemesting, structuur,...) geen stress kent en zich goed en snel gaat vestigen.

 

Gras en toepassing
Voor de inzaai van het gras maakt Dirk gebruik van eigen samengestelde graszaadmengsels (eigen recept) die geleverd worden door Barenbrug. Dirk werkt met deze zaadleverancier nauw samen omdat hij vindt dat deze vrij ver staat op het vlak van kennis en ontwikkeling. Af en toe worden er standaard grasmengsels van Barenbrug aangekocht of nieuwe mengsels beproefd.

 

Er worden zowel grasmatten voor sier- en speelgazon als voor sport- en recreatietoepassingen geteeld. Maar ook allround en droogteresistente grasmatten worden gekweekt. De droogteresistente graszoden vinden vooral afzet naar het buitenland (Spanje, Prortugal,...). In dit graszaadmengsel zit rietzwenkgras. Dit kan tot maar liefst 50 à 75 cm diep wortelen en is zo in staat om water en voedingsstoffen uit lagergelegen lagen te zoeken.

 

Teeltzorgen
Gepaste zorg wordt besteed aan de bestrijding van onkruid, insecten en schimmels. Op een jaar tijd heeft de grasmat 7 à 8 bespuitingen gekregen. Naar de toekomst toe verwacht Dirk dat voornamelijk engerlingen en emelten een groter probleem vormen.

 

Om het gras op de productievelden te maaien wordt er gebruikgemaakt van een elektrisch aangedreven cirkelmaaier (zie het verhaal over de Green Clipper maaier in Landbouwleven nr. 2578 van 20 oktober 2006). Een professionele kooimaaier wordt ingezet op de percelen die binnenkort geoogst worden. Meestal wordt het grasmaaisel niet afgevoerd.

 

De teeltduur voor graszoden beslaat een tiental maanden, zodat er op jaarbasis één oogstbare grasmat verkregen wordt. Een week na de oogst van de graszode wordt het perceel bewerkt en klaargemaakt voor een volgende teelt. Een groot misverstand in het verhaal van de graszodenteelt volgens Dirk, is het fabeltje dat de teelt van graszoden veel aarde van het perceel haalt. Bij de oogst van de grasmat wordt er niet meer aarde van het veld gevoerd dan bij een traditionele aardappeloogst. Aarde op het productieveld opvoeren na een teeltcyclus is dus echt niet nodig.

 

Oogst en distributie
Graszoden worden gesneden (of geoogst) vanaf de middag tot de avond. Dirk streeft een levertijd na van 12 uur, ingaand vanaf het oogsttijdstip. Deze levertijd wordt liefst zo klein mogelijk gehouden omdat broei optreedt vanaf het oogstmoment. Voor de distributie van de grasrollen staan er een drietal chauffeurs in die twee vrachtwagens rijdende houden. De vrachtwagens hebben telkens hun eigen vorkheftruck aan boord die instaat voor het laad- en loswerk. Transport naar het buitenland (verafgelegen) gebeurt met koelwagens en in onderaanneming.

 

Plaatsing en nazorgen
Een ploeg van een 4 à 5 personen staat in voor de plaatsing van de graszoden en doet dit vaak in onderaanneming voor tuinaanleggers. Zeer belangrijk voor het goed aanslaan van de graszoden is om de tuin goed voor te bereiden. Dit houdt een vlakke, vaste (doch niet gecompacteerde) voedselrijke bodem in. Rijsporen van kruiwagen of kniklader dienen absoluut vermeden te worden, want de oneffenheden in de bodem kan men blijven zien.

 

Het grote voordeel bij het toepassen van grasmatten zit hem volgens Dirk in het feit dat men direct een mooi afgewerkt resultaat realiseert. Het gras ken geen opkomst- of onkruidprobleem en is sneller betreedbaar dan een traditioneel ingezaaid gazon. Het plaatsen van grasmatten kan met het oog op een goed resultaat haast jaarrond plaatsvinden, minder evident bij grasinzaai. Door de zachte winter van 2006-2007 werd er tot 29 december grasmatten geoogst en geplaatst en zijn we terug gestart op 5 januari, illustreerde Dirk het voorbeeld van de jaarrond plaatsing.

 

Na de plaatsing van de graszoden moet men direct beregenen. Dit omdat de grasmatten volop vocht verdampen en de wortels nog onvoldoende in staat zijn evenveel vocht op te nemen. Dit principe is vergelijkbaar met dat van een snijbloem die wordt ook afgesneden en direct in water gezet. Hiermee is water het belangrijkste aspect in het graszodenverhaal.

Na 10 tot 14 dagen zijn de nieuwe grasmatten goed in de bodem gegroeid en wordt stikstof het volgende aandachtspuntje. Alle 4 à 5 weken een stikstofbemesting zorgt ervoor dat de grasgroei continu gehouden wordt en men een sterke grasmat krijgt.

 

Grastegels
Naast graszoden worden er ook  grastegels en kunstgras verhandeld. Grastegels zijn graatvormige kunststoffen structuurtegels met substraat en gras ertussen. Ze vormen een waterdoorlatende en ‘groene’ verharding met een breed toepassingsspectrum: parkings, opritten, wandelpaden, campings, tuinpaden, dakbegroeiing,...

Deze grastegels zijn polypropyleen platen met een honinggraatstructuur, die aan de onderzijde worden afgesloten door een geotextiel. Dit filterdoek zorgt ervoor dat het substraat niet wegspoelt in de onderliggende lagen en dat het substraat blijft liggen bij het verhandelen van de platen. De platen zijn zo gedimensioneerd (120 op 80 cm) dat ze de grootte hebben van een europalet en hierdoor makkelijk verhandelbaar zijn. De kunststoffen vorm wordt in Frankrijk gemaakt en te Arendonk met substraat gevuld en opgekweekt. Na tien à twaalf weken zijn de grastegels volledig klaar voor aflevering.

Zowel het substraat als de graszaadmengeling is een eigen recept van Dirk Maris. Voornamelijk de graszaadmengeling vergde heel wat ontwikkeling. De gebruikte grassoorten moeten immers bestand zijn tegen veelvuldige berijding en betreding. De platen worden opgevuld met een onkruidvrij substraat tot 0,5 à 1 cm onder de rand. Zo blijft het groeipunt van het gras steeds beschermd. Het toegepaste graszaadmengsel bevat grassoorten die sterk zijn (veelvuldig belopen of berijden toelaten), heel diep wortelen en een sterk herstellend vermogen bezitten. Sommige soorten wortelen tot 50 cm diepte wat een enorme troef is tijdens droge periodes. De grasplaten laten rijdende lasten toe met een matige frequentie en matige snelheid tot voertuigen van drie ton en met een normaal bandenprofiel.

 

De grote voordelen van de grasplaten, ook wel ‘Nidagrass Plus’ genoemd, zijn dat ze recycleerbaar en 100 % waterdoorlatend zijn. Net zoals grasmatten zijn ze het jaar door plaatsbaar. Door deze waterdoorlatende verharding toe te passen trekt het regenwater langzaam in de grond. Het rioleringsnet wordt zo niet overbelast met oppervlaktewater en waterzuiveringsstations werken efficiënter. De waterhuishouding die de grasplaten creëert is goed voor het milieu en wat goed is voor het milieu is goed voor de toekomst van ieder. Bij het toepassen van een waterdoorlatende verharding kunnen er zelfs subsidies bekomen worden (afhankelijk van de gemeente). Wetenschappers hebben bestudeerd dat door het meer laten infiltreren van regenwater in de bodem en het vertraagd afvoeren ervan, zware overstromingen op termijn verholpen kunnen worden. De overheid is hiervan op de hoogte, maar onderneemt nog te weinig en te traag, volgens Dirk.

 

Vermarkting
Voor de vermarkting van de graszoden en grasplaten wordt gebruik gemaakt van de groothandel en goede contacten met tuinaannemers. Sporadisch wordt deelgenomen aan de grotere groenbeurzen, waar er altijd interessante contacten worden gelegd. Verdelers van Dirk Maris die aan (lokale) beurzen willen deelnemen, worden steeds met het nodige materiaal en info ondersteund. Ook het buitenland is een belangrijk handelsgebied om afzetkanalen te vinden. Supermarkten en (goedkope) doe-het-zelfcentra worden door Dirk niet bevoorraad omdat hij naar eigen zeggen hier onvoldoende vat kan houden over de kwaliteit van het eindproduct. De kwaliteit van de graszoden is prioriteit doch stipte leveringen en bijkomende service is niet minder belangrijk.

 

Graszoden moeten 24 uur na het snijden of de oogst teruggelegd worden. Vandaar dat er graag ten laatste 12 uur na het snijden ter plaatse geleverd wordt. Wanneer men de particulier bespeelt via supermarkten en doe-het-zelfzaken heeft men op de kwaliteit van het eindproduct geen vat meer, concludeert Dirk. De drukste periode van het jaar is het voorjaar, in het najaar volgt een tweede drukke periode. Het tijdstip hiervan hangt af van de heersende weersomstandigheden. Wanneer er goed (groeizaam) weer is, wordt er door de mensen nog steeds zelf gezaaid en is er minder activiteit in de verhandeling van graszoden. Alle voornoemde producten kunnen geleverd worden, maar ook afhaling is mogelijk op de vestiging te Arendonk. Om tuinaannemers en particulieren van een betere service te voorzien worden er bodemverbeterende middelen als compost, champignonmest, potgrond, sierschors, meststoffen,..., verdeeld. Om de lokale markt te voorzien van tuinmachines, werd op vraag van Fagadis, Dirk Maris ook verdeler van het gamma John Deere tuin- en parkmachines. Eén vaste medewerker staat in voor de verkoop en het onderhoud van deze machines. Samen met de bedrijfsleider worden er ook machines verbeterd en aangepast aan de eigen behoeften.

 

Bron: Landbouwleven,  8 juni 2007